The Play ‘Women of the Moon, Men of the Sun’
Performed in Ankara
TEHRAN, 21 October 2003, Mehr News Agency
The play ‘Women of the Moon, Men of the Sun’, by the A’in Theater Group from the city of Qom has been performed in Ankara, Monday evening.
Hossein Parsa’i, production manager, who spoke to theatre-goers and those involved in Ankara Theater at the end of the performance remarked that the A’in Theatre Group is based in the holy city of Qom. "This group has performed various plays of a nationalistic and religious character over a ten year period.
‘Women of the Moon, Men of the Sun’ is based on a text taken from the book ‘Elahinameh (Divine Book)’, written by Attar of Nishapur in the form of three tales, each of which includes a love-story.
Wikipedia info: Faridoldin Abu Hamed Mohammad Attar Neyshaburi (c. 1145 – c. 1221), better known by his pen-names Faridoldin and Attar of Nishapur, was an Iranian poet, theoretician of Sufism, and hagiographer from Nishapur who had an immense and lasting influence on Persian poetry and Sufism. He wrote a collection of lyrical poems and number of long poems in the philosophical tradition of Islamic mysticism, as well as a prose work with biographies and sayings of famous Muslim mystics. The Conference of the Birds, Book of the Divine, and Memorial of the Saints are among his best known works.
Soefisten: Uranische Allemansvrienden
Commentaar Wim Duzijn 2003
Hoewel veel moslims op een vage, onrealistische wijze de universaliteit van de Islam benadrukken en het verlangen uitdragen in alle mensen broeders te zien, is er eigenlijk maar een Islamitische beweging die de idealen van de Islam op een concrete wijze vorm weet te geven, de mystieke beweging die de naam 'Soefisme' meegekregen heeft.
Soefisten zijn mystici en daarom de vijanden van elke vorm van meedogenloosheid die tot uiting komt in het vastleggen van religieuze en filosofische gedachten in ideologische wettenstelsels, een praktijk die de essentie vormde van het Ezraistische priesterdenken dat in het evangelie (door Jezus van Nazareth) en de Koran (profeet Mohammed) afgewezen wordt.
Soms zie je Islamitische voorgangers die van zichzelf een wandelend wetboek gemaakt hebben - alsof hun grote voorbeeld, de profeet Mohammed nooit het Ezraisme veroordeeld heeft.
Ze dragen een zwarte jurk, een zwarte tulband en een zwart gezicht. Hun voeten zijn gestoken in zwarte muilen en wanneer wat bleke zonnestralen hun zwartgallige wereld binnendringen, dan werpt het vale licht een zware zwarte schaduw op het zwarte asfalt van een in zwarte nevelen gehulde straat... Want zwart is alles en alles is zwart, omdat zwart de kleur is van de onveranderlijkheid, de kleur ook van verbrande as, die alleen dan wat kleur weet op te roepen wanneer ze gebruikt wordt als voedsel voor nieuw levend gewas.
Soefisten, zoals gezegd, zijn de tegenpool van het zware, zwarte (formalistische) denken. Ze hebben principes, maar hechten er niet aan, omdat heel hun verlangen geestelijke vrijheid is, die op een zo volmaakt mogelijke wijze tot werkelijkheid moet worden gemaakt.
Bij Soefisme hoort de dichter en denker RUMI, die stelt dat het uiteindelijke doel van religie is 'god' te overwinnen. Je niet vastklampen dus aan regels en uiterlijk vertoom maar proberen een soort geestelijke band op te bouwen met wat andere mensen 'god' noemen.
In astrologisch opzicht horen Soefisten bij de tekens Kreeft, Waterman en Leeuw, de tekens van de broederschap die - juist vanwege het feit dat ze met iedereen om willen gaan - de vijanden van het onveranderlijke wetsdenken zijn. Een mooi voorbeeld van dat samengaan van de tekens Kreeft, Waterman en Leeuw zijn de dansende derwishen. die via dans, zang en bvrouwelijk ogende kledij een sfeer van geestelijke bevrijding proberen op te roepen.
Info:
In tegenstelling tot de orthodoxe Islamleer die geaxeerd is op zeer precieze gedragsregels, in geschriften vastgelegd door voorgangers, mollahs en ayatollahs, en ingrijpt in het totale leven van de gelovige binnen het collectief van alle gelovigen, appelleert het soefisme aan het mystische, het individuele, sensualiteit en energie, schoonheid, passie en bedient het zich van de technieken van trance en extase.
Dat deze soefi-orden altijd een doorn in het oog zijn geweest van de geestelijke leiders van de Islam hoeft nauwelijks betoog. Waar orthodoxen een beroep moeten kunnen doen op de massa en het collectieve komen ze in conflict met deze individualisten die op eigen houtje op zoek gaan naar Allah, ver buiten de voorgeschreven regels om.
In de schoot van dit soefisme ontstonden een aantal monnikenorden, onder de noemer van derwisjorden. Derwisj betekent ‘hij die de poort zoekt’, maar ook ‘behoeftige’, ‘bedelaar’ en wordt vaak pejoratief geïnterpreteerd en gebruikt, terwijl het in wezen slaat op de armoedegelofte.
Deze orden zijn verspreid over de hele Arabische wereld, van Marokko tot Iran. De orden wonen in kloosters, tekke’s, of bestaan uit rondtrekkende bedelmonniken. Elke orde heeft een leider, een Sheyk.
Eén van die ordes, Mevlevi genaamd, ontstond in de 13e eeuw in de stad Konya, Turkije. Zij droegen de naam van de stichter, Mevlana of Djamal-ud-Din-Rumi.
Gedurende bijna zeven eeuwen hebben de Mevlevi zijn verlichtingsleer bewaard en verder gecultiveerd. Via het rond de eigen as dansen, de muziek en de schoonheid zoeken zij naar een contact met Allah. (klik voor bron).
Fundamentalistische, aan starre regels en wetten gebonden, moslims begrijpen die instelling niet. Zij prediken broederschap maar zien niet in dat een dergelijk streven alleen dan mogelijk is wanneer je in het contact met anderen een deel van je starre onveranderlijkheid prijsgeeft.
Soefisme is mystiek en de essentie van mystiek is een worden met het andere, zonder daar morele consequenties aan te verbinden, hetgeen de reden is waarom Soefisten vaak moraalloos worden genoemd, mensen die niet in staat zouden zijn de waarheid te vertellen, omdat ze vanwege hun flexibiliteit en hun bijzonder grote aanpassingsvermogen in alles wat ze ontmoeten een vonk van goddelijke wijsheid willen zien.
Moslimsleiders in Nederland, die hun gelovigen duidelijk moeten maken dat alle profeten en religies binnen de Islam aan elkaar gelijk zijn, dragen alles uit behalve het Soefistische vermogen veranderlijk te zijn.
Veranderlijkheid (gezien als positief grensoverschrijdend gedrag) is een kinderlijk vermogen dat in het evangelie als wijsheidsideaal wordt genoemd.
Veranderlijkheid betekent dat je de ene dag een witte jas aantrekt en de volgende dag een rode jas. De week daarop misschien een zwarte doek, of mogelijk ook een gebloemde hoed met felgekleurde veren. Kortom: wat in Islamitisch Nederland ontbreekt zijn kinderlijke mensen die in staat zijn het universalisme van het mystieke Sufisme uit te dragen.
En de vraag is of het Soefisme in ons zeurderige, conservatieve domineesland met zijn munten, waarop heel schijnheilig 'God zij met u' geschreven staat, ooit kansen zal kunnen krijgen.
De huidige staatssecretaris van Cultuur, Medy van der Laan, die nog elke dag de bronzen medaille, die ze als ambtenaar van het jaar 2002 gewonnen heeft, met grote dotten koperpoets bewerkt - in de hoop waarschijnlijk dat zij als een echte Hollandse koopmansvrouw goud uit lood zal kunnen maken - zal er niet over peinzen zulke vreemde, grillige bewegingen als Soefisme en New Age te steunen.
Iedereen steunt zij, behalve diegenen die volgens haar gnostische levensovertuiging asociale, onaangepaste buitenbeentjes zijn...
Want in haar Hollandse koopmansogen is alleen diegene een gnosticus die tot aan zijn laatste ademsnikken ambtenaar bij de gemeente wil zijn…
Rumi - Worship

Mankind passes through three stages.
First he worships anything:
man, woman, money, children, earth and stones.
Then, when he has progressed a little further, he worships God.
Finally he does not say:
'I worship God'; nor: 'I do not worship God.'
He has passed from the first two stages into the last.