Jupiter en Saturnus |
Jupiter is volgens de astrologie het principe van de welwillende gerechtigheid, het optimisme, het hogere weten en daardoor ook van de abstracte wetenschappen. De filosofie is aan haar onderworpen, de gehele idee van de universiteit is Jupiteriaans. Ook het ambtenarendom valt onder hem. Gezanten en zaakgelastigden zijn Jupiteriaans. Professoren en leraren, rechters en gerechtshoven, vallen onder Jupiter, officiële papieren, documenten, ordetekenen en decoraties, de manager of "baas" van een firma. Ook het priesterschap en de gehele wereld van ritueel en ceremonie, de plechtige godsdienstige processie evenzeer als het plechtige verloop van een proces. Orde en rechtvaardigheid horen bij Jupiter. De regels bij sport en spel zijn even Jupiteriaans als de paragrafen van het strafwetboek. Jupiter is het "Gij zult..." precies zoals Saturnus het "Gij zult niet..." is. Jupiter is het orthodoxe, het traditionele, het regelmatige en zijn houding is positief. Correctheid is zijn deugd, pedanterie zijn ondeugd. Typische Jupiter-woorden en -uitdrukkingen zijn: "Speel fair!", "Dat is tegen de regels, "Rechts houden", "De juiste man op de juiste plaats", "Orde moet er zijn!"
|
Saturnus staat voor beperking, maar ook voor duur en duurzaamheid. De Grieken noemden Saturnus "Chronos" - de tijd. Saturnus is heer over alles wat star en verstard is, het remmen van de wagen, de hindernis, de rem, het harde, versteende, al het chronische, het kristallisatieproces, de verkalking, het pessimisme, de angst, koude, ijs, sneeuw, ruïnes, langdurige vetes, armoede, slavernij, steriliteit, gierigheid, in het algemeen alles wat oud is, zowel oude mensen als antiquiteiten en mensen, die zich hiervoor interesseren. De Noord- en Zuidpool, mijnen, mijneigenaren en mijnwerkers, schoenmakers, schoorsteenvegers, metaalarbeiders, kerkhoven, graven, gevangenissen, kelders, donkere wouden, schuren vallen onder Saturnus. Saturnus vertegenwoordigt de negatieve houding, hij is het "Gij zult niet. . .", het verbod, dus de negatieve wet. Bij Saturnus hoort het proces van de eliminatie in het denken; de atrofie, de voorzichtigheid, het ascetisme, de zuinigheid, de strenge discipline, autoriteit en gezag, de wereld van de harde plichtsvervulling en het leiden, de wereld van de materie, nuchterheid en zakelijkheid, de meedogenloze wil andere mensen op de harde feiten van het bestaan te wijzen.. Typische Saturnuswoorden en -uitdrukkingen zijn: "Wees een heer in het verkeer", "Laat me alleen", "Dat is hard werken", "Die moet je streng aanpakken", "Een beklemmend zwijgen volgde". |